DE INTERMINISTERIËLE COMMISSARIS INFLUENZA Betreft: Influenza A/H1N1v – wijziging aanpak in België Geachte collega, Sedert eind april wordt de nieuwe variant van influenza A/H1N1v nauw opgevolgd in België, net als in de andere Europese landen. Ondertussen heeft de Wereldgezondheidsorganisatie op 11 juni 2009 fase 6 van de grieppandemie afgekondigd. Dit betekent dat het virus ruim verspreid is in verschillende landen van verschillende continenten, ondertussen ook in heel wat Europese landen. In het begin werden beperkende maatregelen ingesteld voor patiënten en hun contacten. Er werd gevraagd concrete melding te maken van alle mogelijke gevallen. Na staalname werden alle bevestigde gevallen geïsoleerd, eerst in een ziekenhuis en later thuis, en behandeld met antivirale middelen. Ook werden beperkende maatregelen ingesteld voor alle nauwe contacten. Zij kregen een profylactische antivirale behandeling. Het was de bedoeling de ernst van de infectie te leren kennen en de verspreiding ervan te vertragen. In deze periode is het duidelijk geworden dat deze nieuwe variant van influenza A/H1N1v qua ernst vergelijkbaar is met seizoensgriep, met dit verschil dat wel relatief meer jongere mensen besmet geraken dan bij een gewone seizoensgriep. Ondertussen zullen meer en meer mensen terugkomen uit vakantie met een grieppaal beeld. Ook werden in België al verschillende besmettingen vastgesteld bij mensen die niet in het buitenland geweest zijn, dit aantal zal waarschijnlijk toenemen in de komende weken. Dit betekent dat elk grieppaal syndroom een mogelijk geval zou kunnen zijn. Net zoals in verschillende andere landen van de EU worden daarom procedure en maatregelen aangepast. Vanaf nu vragen we geen melding meer van elk individueel geval. Voor een influenza-infectie wordt niet meer systematisch een staal afgenomen voor de bevestiging van de diagnose en de typering van het virus. Het dient benadrukt te worden dat patiënten met een grieppaal beeld preferentieel thuis worden verzorgd, en dat enkel tot ziekenhuisopname wordt overgegaan indien het klinisch beeld dit vereist. Bij een grieppaal syndroom (kan elk influenzavirus zijn) worden volgende maatregelen voorgesteld: -
indien het klinisch beeld dat toelaat, isolatie van de patiënt thuis tot genezing (symptoomvrij) zonder antivirale behandeling indien de patiënt niet behoort tot een risicogroep;
indien de patiënt tot een risicogroep voor influenza A/H1N1v behoort, wordt aangeraden toch een antivirale behandeling op te starten bij de patiënt:
nauwe contacten worden niet meer systematisch in kaart gebracht en krijgen ook geen profylactische medicatie meer; wel wordt best aan de patiënt gevraagd zijn nauwste contacten te verwittigen dat hij of zij mogelijks besmet is met een griepvirus en ze aan te raden hun huisarts te contacteren bij koorts en andere symptomen van griep (hoest, dyspnoe, keelpijn, spierpijn, );
contactpersonen van de patiënt (ook medebewoners) worden niet meer systematisch enkele dagen thuis gehouden.
Risicogroepen bij infectie met influenza A/H1N1v: Volgende personen worden gerekend tot de risicogroepen voor complicaties door infectie met A/H1N1v: -
patiënten met een chronische respiratoire aandoening, inclusief astma,
patiënten met matige tot ernstige nier- en leverinsufficiëntie,
patiënten met immunodepressie wegens ziekte of behandeling,
patiënten die gehospitaliseerd zijn met een ernstig klinisch beeld.
Antivirale medicatie: oseltamivir (Tamiflu) en zanamivir (Relenza) -
Voor zwangeren in het 2e en 3e trimester van de zwangerschap wordt zanamivir (Relenza) aanbevolen (2 maal daags 2 inhalaties).
2 maal daags één dosis Tamiflu gedurende 5 dagen
Voor kinderen is de dosis oseltamivir (Tamiflu) afhankelijk van leeftijd en gewicht
Voorts blijven uiteraard de hygiënische voorzorgsmaatregelen gelden.
Vanaf 22 juli 2009 zullen de ziekenhuizen bevoorraad worden met antivirale middelen vanuit de nationale stock. In de tussentijd kan, indien nodig, de eigen stock van het ziekenhuis worden aangesproken. Deze gebruikte dosissen zullen nadien vervangen worden vanuit de nationale stock Vanuit de Stuurgroep Pilootziekenhuizen worden in elke provincie informatiesessies voor de ziekenhuizen georganiseerd. Op dat moment zal verdere toelichting worden verstrekt omtrent structuur en onderdelen van het ziekenhuisplan grieppandemie. U heeft hiervoor reeds vanuit de pilootziekenhuizen een uitnodiging ontvangen, of U zal deze uitnodiging eerstdaags ontvangen. In bijlage vindt u nog de contactgegevens van het pilootziekenhuis van uw provincie. Hoogachtend, Prof. Marc Van Ranst Interministerieel Commissaris Influenza
Long-term safety assessment of a cohort of post-menopausal women treated with Anastrozole as adjuvant treatment for hormone-dependent breast cancer. Baseline data T. Delozier, EC. Antoine, A. Fontana, JP. Guastalla, C. Roux, L. Mauriac, Eric Vicaut, CLCC F. Baclesse, Caen ; Clinique Hartmann, Neuilly ; Hôpital E. Herriot, Lyon ; CLCC L. Bérard, Lyon ; Hôpital Cochin, Paris ; Institut
PXR Influences Endocrine Therapies in Breast Cancer PXR Influences The Efficiency of Endocrine Karin Höckenström Department of medical nutrition, Karolinska Institute. The summer science school with biomedical orientation at KI, 2000. Supervisor: Dr Jeanette Webster, department of medical nutrition, Karolinska Institute, 141 86 Huddinge. Tel: 08-585 837 18, 08-585 837 12 PXR